Den Haag, 14 oktober 2016
Onderstaande brief stuurde Privacy Barometer naar patiënten- en medische beroepsverenigingen.
Helpt u mee het medisch beroepsgeheim te beschermen?
Geachte heer, mevrouw,
De Eerste Kamer beslist binnenkort over een wetsvoorstel dat zorgverzekeraars inzage geeft in medische dossiers bij vermoedens van fraude. De verzekeraars hoeven daarvoor geen toestemming aan patiënten te vragen. Het is terecht dat fraude bestreden wordt, maar het medisch beroepsgeheim is belangrijk voor goede en toegankelijke zorg. Dat mag niet zomaar aangetast worden vanwege een minimale schade voor commerciële verzekeraars. Bovendien lijkt het erop dat er nagenoeg evenveel fraude zal worden opgespoord als zorgverzekeraars wél toestemming voor inzage zouden vragen. Wat ons betreft zou het verplicht vooraf toestemming vragen in het wetsvoorstel vastgelegd moeten worden.
Mocht u daar ook zo over denken, dan vragen we u dit ook aan de Eerste Kamerleden te laten weten.
Wat staat er in het wetsvoorstel?
Zorgverzekeraars hebben de wettelijke taak om zorgfraude op te sporen. Als er vermoedens van fraude zijn, moet de zorgverzekeraar een stappenplan volgen, zodat kan worden vastgesteld of er gefraudeerd is. De eerste stap gaat het minst diep en heeft de minste impact op privacy. Met elke volgende stap kan de verzekeraar meer gegevens opvragen. De laatste stap is de inzage in de medische dossiers van mensen. Als het daadwerkelijk tot de laatste stap komt en de zorgverzekeraar heeft in het medische dossier gekeken, moet zij de patiënt binnen drie maanden hierover inlichten.
In grote lijnen doet de zorgverzekeraar bovenstaande nu ook al, maar op basis van een regeling die de minister zelf heeft opgesteld. Met het wetsvoorstel zou deze regeling wettelijk verankerd worden.
Wat betekent dat voor het medisch beroepsgeheim?
Dit wetsvoorstel is een inperking van het medisch beroepsgeheim. Commerciële zorgverzekeraars krijgen immers de mogelijkheid om medische dossiers van mensen in te zien zonder daarvoor toestemming te vragen.
Het medisch beroepsgeheim is er om de zorg toegankelijk te maken. Mensen kunnen in vertrouwen hun problemen voorleggen, zonder dat ze bang hoeven zijn dat deze veelal intieme informatie bij anderen terecht komt. Door die zekerheid zoeken mensen tijdig hulp, waarmee niet alleen hun eigen gezondheid is gediend, maar ook de gezondheid van de samenleving als geheel. Het medisch beroepsgeheim is niet absoluut. Als er een zeer belangrijke reden is, kan het medisch beroepsgeheim doorbroken worden. Bijvoorbeeld als iemand een acuut gevaar vormt voor zijn omgeving, bijvoorbeeld als er een zeer besmettelijke ziekte is vastgesteld en men een uitbraak wil voorkomen.
Sinds 13 september 2016 vindt een meerderheid in de Kamer van VVD, PvdA, CDA, PVV, VNL en SGP dat ook om een financieel belang het principe van het medisch beroepsgeheim doorbroken mag worden. Door deze fundamentele koerswijziging kunnen er meer redenen acceptabel worden om in medische dossiers te kijken. Eerder besloot de Tweede Kamer ook al dat justitie in medische dossiers mag kijken om de toerekeningsvatbaarheid van verdachten te beoordelen. Als het principe niet wordt beschermd, is het een kwestie van tijd voor de volgende instantie ongevraagd in medische dossiers mag kijken.
Is het een goed idee?
Om die vraag te beantwoorden, moet gekeken worden welk probleem hiermee wordt opgelost en of het noodzakelijk en proportioneel is om hiervoor het medisch beroepsgeheim in te perken.
In 2015 is er voor 11,1 miljoen euro aan fraude gepleegd op een zorgbudget van circa 73 miljard. Dat bedrag komt overeen met 0,015 procent van het zorgbudget. Het leeuwendeel van de fraude (9,7 miljoen) wordt door zorgverleners of tussenpersonen gepleegd. Hiervoor zal de ongevraagde inzage in het medisch dossier weinig toevoegen. Als patiënten zelf niet frauderen, kunnen verzekeraars ook toestemming aan hen vragen om ter controle in hun medisch dossier te kijken. Velen zullen dan zeker mee willen werken.
De minister zegt dat veel fraude al in het begin van het stappenplan wordt geconstateerd zonder dat inzage in dossiers nodig is. Dat zal dus ook gelden in het geval van de 1,4 miljoen euro (0,002 procent van het zorgbudget) fraude die door patiënten gepleegd is. De minister noch de verzekeraars geven aan welk percentage fraude alleen met inzage in medische dossiers is vast te stellen, maar laat het de helft zijn, dan blijft zonder inzage in dossiers zo'n 0,7 miljoen over waarvan je niet met zekerheid kan vaststellen dat er gefraudeerd is. Wij denken dat het niet proportioneel is om voor zeven ton per jaar het medisch beroepsgeheim voor alle Nederlanders op de helling te zetten.
Wat kunt u doen?
U kunt de fracties in de Eerste Kamer laten weten hoe u erover denkt. U zou hen bijvoorbeeld de volgende tekst kunnen mailen:
Geachte Kamerleden,
Binnenkort behandelt u het wetsvoorstel dat zorgverzekeraars inzage geeft in medische dossiers bij vermoedens van fraude. De verzekeraars hoeven daarbij geen toestemming te vragen.
Het is terecht dat fraude bestreden wordt, maar het medisch beroepsgeheim is belangrijk voor goede en toegankelijke zorg. Dat mag alleen ingeperkt worden als de voorgestelde maatregel proportioneel en absoluut noodzakelijk is. Dat is hier niet het geval.
Het fraudebedrag blijkt veel kleiner te zijn dan bij aanvang van het wetsvoorstel werd gedacht. Het gaat niet om 'miljarden', maar om 11,1 miljoen euro in 2015. Dit komt overeen met 0,015% van het zorgbudget.
Daarnaast blijkt uit analyse van het frauderapport van Zorgverzekeraars Nederland dat 87% van de fraude niet door patiënten wordt gepleegd. Als patiënten zelf niet frauderen, kunnen verzekeraars ook toestemming aan hen vragen om ter controle in hun medisch dossier te kijken. Velen zullen dan zeker mee willen werken.
Veel fraude wordt ontdekt zonder dat inzage in het medisch dossier nodig is. Daarvan uitgaande zal van de 1,4 miljoen euro (0,002%) door patiënten gepleegde fraude, hooguit van enkele tonnen niet vastgesteld kunnen worden of er gefraudeerd is.
Vanwege het relatief lage schadebedrag en het grote belang van het medisch beroepsgeheim, is de voorgestelde maatregel niet proportioneel. Omdat er nagenoeg evenveel fraude opgespoord zal worden als zorgverzekeraars wél toestemming aan de patiënt vragen voor zij in het medisch dossier mogen kijken, is de maatregel niet absoluut noodzakelijk.
Wij vragen u daarom alleen met het wetsvoorstel in te stemmen als de patiënt vooraf om toestemming voor inzage in het medisch dossier wordt gevraagd.
Vriendelijke groet,
Hieronder vindt u de mailadressen van de fractieleden die nog twijfelen en die in de commissie voor volksgezondheid zitten.
A.W.J.A. van Hattem (PVV)
A. Kops (PVV)
R.G.J. Dercksen (PVV)
drs. H. ten Hoeve (OSF)
drs. M.J.Th. Martens (CDA)
G. de Vries-Leggedoor (CDA)
dr. A.H. Flierman (CDA)
drs. J.E.A.M. Nooren (PvdA)
mr. dr. J. Beuving (PvdA)
prof. dr. J.A. Bruijn (VVD)
drs. T. Klip-Martin (VVD)
P.C. Krikke (VVD)
mr. D.J.H. van Dijk(SGP)
W. de Boer, griffier (secretariaat)
Meer informatie
- Antwoord op de meestgestelde vragen over dit wetsvoorstel vindt u hier.
- De brief die Privacy Barometer over dit wetsvoorstel aan Eerste en Tweede Kamer stuurde leest u hier.
- Het dossier bij de Eerste Kamer over dit wetsvoorstel vindt u hier.
Privacy Barometer is een particulier initiatief en volgt de ontwikkelingen over privacy binnen de politiek. Privacy Barometer publiceert actuele artikelen hierover en biedt stemwijzers in verkiezingstijd. De mensen van Privacy Barometer zijn onafhankelijk en niet (politiek) gebonden aan enige partij of beweging.
Vriendelijke groet,
Privacy Barometer