Den Haag, 4 maart 2013
Geachte Kamerleden,
Dinsdag 12 maart vergadert u over de wijziging op de vreemdelingenwet zoals die onlangs door de Tweede Kamer werd aangenomen. De wijziging regelt dat alle mensen van buiten de Europese Economische Ruimte (EER), die langer dan 3 maanden in Nederland willen verblijven, 10 vingerafdrukken moeten laten afnemen. Deze vingerafdrukken komen in een centrale database die onder zeer soepele voorwaarden voor opsporing gebruikt mag worden.
Gezien de onderstaande zes redenen roepen wij u op dit wetsvoorstel te verwerpen.
Inhoudsopgave
2. De opsporingsdiensten kunnen veel te makkelijk grasduinen in de database met vingerafdrukken. |
6. Nederland stelt zich zeer ongastvrij op voor hoogopgeleide kenniswerkers. |
1. Het is onverstandig en onzorgvuldig om een kostbaar systeem in te voeren waarvan de baten onbekend zijn.
Het doel van dit wetsvoorstel is om identiteitsfraude tegen te gaan. Bij asielzoekers ligt de situatie rond het vaststellen van identiteit en eventuele fraude anders dan bij andere vreemdelingen, zoals buitenlandse werknemers of buitenlandse studenten. Bij asielzoekers is daarom al aparte wetgeving en een aparte voorziening gemaakt met het Eurodac-systeem. De voorliggende wijziging geeft met name grote veranderingen voor de vreemdelingen die geen asiel zoeken. Wat zijn daar de verwachte baten?
Staatssecretaris Teeven schrijft in antwoord op vragen vanuit de Tweede Kamer, dat hij niet weet om hoeveel gevallen van identiteitsfraude het gaat. De staatssecretaris vermoedt enkele tientallen. Uit onderzoek naar identiteitsfraude met Nederlandse documenten, blijkt dat het in totaal om zo'n 20 gevallen per jaar gaat. De omvang van de materiële schade is onbekend. De kosten van het invoeren van dit wetsvoorstel worden geschat op 16,4 miljoen euro. Over de operationele kosten wordt niets vermeld. Het is onverstandig en onzorgvuldig om een kostbaar systeem in te voeren waarvan de baten onbekend zijn.
2. De opsporingsdiensten kunnen veel te makkelijk grasduinen in de database met vingerafdrukken.
De vingerafdrukken zijn beschikbaar voor opsporing en vervolging na machtiging door een rechter-commissaris in de volgende gevallen:
1. er bestaat een redelijk vermoeden dat de verdachte een vreemdeling is, of
2. het opsporingsonderzoek is op een dood spoor beland, dan wel er is snel resultaat geboden bij de opheldering van het misdrijf.
Vooral de tweede voorwaarde zet de deur voor de opsporingsdiensten wagenwijd open. Er hoeft geen sprake te zijn van een concrete verdenking. De toetsing door de rechter-commissaris zal in de praktijk niet veel uitmaken, aangezien de beperkende voorwaarden vrij algemeen zijn. De opsporingsdiensten kunnen veel te makkelijk grasduinen in de centrale database met vingerafdrukken van alle vreemdelingen.
3. Het afnemen van tien vingerafdrukken is onnodig en daarmee niet proportioneel voor het vaststellen van iemands identiteit.
In de door uw Kamer aangenomen motie Franken, staat onder andere dat bij privacybeperkende voorstellen gekeken moet worden naar proportionaliteit en subsidiariteit. De inbreuk op de privacy die dit voorstel maakt is groot. Tien vingerafdrukken worden centraal opgeslagen en bewaard tot maximaal 10 jaar nadat de persoon weer uit Nederland is vertrokken. In de Europese verordening (2252/2004) voor identiteitsvaststelling van EU-burgers worden minimaal twee vingerafdrukken op het reisdocument zelf gevraagd. In onze eigen paspoortwet uit 2009 worden de afdrukken van vier vingers gevraagd. Geconcludeerd mag worden dat twee of ten hoogste vier vingerafdrukken voldoende zijn om iemand te identificeren. Om van alle vreemdelingen de afdrukken van tien vingers af te nemen is onnodig om de identiteit vast te stellen en daarmee disproportioneel.
De staatssecretaris stelt dat het nodig is om de gegevens 10 jaar te bewaren om te kunnen vaststellen wiens identiteit gebruikt wordt als er van identiteitsfraude sprake is. Als het doel is om identiteitsfraude vast te stellen is het niet nodig te weten voor wie de fraudeur zich uitgeeft en of dat eventueel een bestaand persoon is die al eens in Nederland was. De bewaartermijn van 10 jaar is daarom niet proportioneel.
4. Om de doelstelling van het wetsvoorstel te verwezenlijken, is geen toegang tot de vingerafdrukken voor politie en justitie noodzakelijk.
De doelstelling zoals in het wetsvoorstel en memorie van toelichting wordt geformuleerd is "het ter verificatie, controle en verwijzing beschikbaar stellen van de identificatie- en verwijsgegevens van vreemdelingen". Met andere woorden, de staatssecretaris wil met dit wetsvoorstel beogen dat de identiteit van de vreemdeling zo betrouwbaar mogelijk kan worden vastgesteld. Voor het betrouwbaar vaststellen van een identiteit is geen toegang tot de gegevens voor opsporingsdiensten of voor inlichtingendiensten noodzakelijk. De inbreuk op de privacy is daarmee veel groter dan nodig om de doelstelling van de staatssecretaris te verwezenlijken.
5. De opgeslagen gegevens van de afgenomen vingerafdrukken zijn aantoonbaar te onbetrouwbaar en moeten niet voor opsporingsdoeleinden worden gebruikt.
In 2009 trad de paspoortwet in werking waarin geregeld is dat Nederlanders vier vingerafdrukken moesten afgeven bij de aanvraag van een paspoort of identiteitskaart. De vingerafdrukken zouden in een landelijke database worden opgeslagen die ook onder voorwaarden voor opsporingsdiensten toegankelijk zou worden. In 2011 draaide de Tweede Kamer dit terug, omdat uit een steekproef in Roermond bleek dat ca. 21% van de vingerafdrukken niet betrouwbaar was. De Tweede Kamer concludeerde dat de techniek niet voldoende was en de risico's te groot om grootschalig vingerafdrukken op te slaan en te gebruiken voor (onder andere) opsporingsdoeleinden. Het gebruik van de afgenomen vingerafdrukken van vreemdelingen voor opsporingsdoeleinden gaat gegarandeerd tot verkeerde (onschuldige) verdachten leiden met alle problemen van dien. Onbetrouwbare gegevens moeten niet voor opsporingsdoeleinden worden gebruikt.
6. Nederland stelt zich zeer ongastvrij op voor hoogopgeleide kenniswerkers.
Wereldwijd voert Nederland een concurrentiestrijd om als kenniseconomie aan de top te blijven meedoen. Nederland staat bekend als internationaal handelsland en is economisch zeer afhankelijk van het buitenland. Met dit wetsvoorstel stelt Nederland zich zeer ongastvrij op voor hoogopgeleide kenniswerkers. Dit betreft medewerkers van grote multinationals, internationale studenten en de vele VN-organisaties die onder andere in Den Haag gevestigd zijn. De economische waarde van deze instituties mag niet onderschat worden. Volgens de gemeente Den Haag zijn "de internationale organisaties de grootste banenmotor voor Den Haag en regio". Met deze maatregelen maakt Nederland zich onaantrekkelijk en ongastvrij ten opzichte van concurrerende landen. Bijvoorbeeld Duitsland en Frankrijk vragen geen 10 vingerafdrukken van vreemdelingen.
Gezien de bovenstaande zes redenen roepen wij u op dit wetsvoorstel te verwerpen.
Vriendelijke groet,
Privacy Barometer.